Eind november oordeelde de Raad van State dat voormalig Vlaams milieuminister Zuhal Demir een beslissing van haar administratie onterecht had teruggedraaid. Dryade vzw - een milieuorganisatie die de kracht van het recht gebruikt om de natuur te beschermen - had dus wel degelijk recht op 180.000 euro subsidie. Maar ook opvolger Jo Brouns weigert dit. Het middenveld reageerde verbolgen. Docent milieurecht Hendrik Schoukens (UGent) verwoordde het in een scherpe opinie in DS van 27 november.
Door milieuorganisatie Dryade subsidies te weigeren, plaatst de Vlaamse regering de regionale politiek boven het internationale recht, schrijft Hendrik Schoukens.
De politieke weigering van minister van Omgeving Jo Brouns (CD&V) om milieuorganisatie Dryade subsidies toe te kennen, druist in tegen het internationale Verdrag van Aarhus (voluit: het Verdrag betreffende de toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en de toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden). Politieke beslissingen lijken zo onfeilbaar en immuun voor rechterlijke toetsing.
Onze grondwettelijke orde vertrekt vanuit het idee van drie gescheiden machten: de uitvoerende, de wetgevende en de rechtsprekende macht. Ook in het internationale milieurecht is het concept ‘tegenmacht’ sinds de jaren 90 niet meer weg te denken. De kernramp in Tsjernobyl van 1986 lag toen nog vers in het geheugen. De initiële reactie van de lokale communistische overheid was de ramp eerst verzwijgen en dan minimaliseren.
De eerste melding van het ongeluk, op 27 april, kwam dan ook niet van de Sovjetautoriteiten, maar van Zweedse onderzoekers, die een radioactieve wolk waarnamen die noordwaarts afdreef. Dat gebrek aan proactieve communicatie luidde het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in. De kloof tussen realiteit en propaganda werd te groot. Het volk vertrouwde de eigen leiders niet meer.
Het belang van meer transparantie leidde in 1998 uiteindelijk tot de goedkeuring van het bindende Verdrag van Aarhus. Alle betrokken landen, ook België, onderschreven het recht op milieu-informatie, participatie in besluitvorming en ruime toegang tot de rechter in milieuzaken.
De premisse van dat verdrag lijkt nu wel vloeken in de kerk: het legt geen inhoudelijke milieukwaliteitseisen op, maar stelt dat meer inspraak zal leiden tot een betere bescherming van het milieu. Zonder inspraak en toegang tot de rechter géén recht op een gezond leefmilieu, een mensenrecht dat in 2022 ook door de Verenigde Naties werd bekrachtigd.
Centraal staat ook de gedachte dat goed georganiseerde milieuverenigingen een cruciale rol te spelen hebben in de sensibilisering rond milieuvervuiling. Vaak ontberen individuele burgers de slagkracht, de kennis en de financiële middelen om gerechtelijke procedures op te starten.
België op de vingers getikt
De ruimere toegang tot de rechter in milieuzaken kwam er niet zonder slag of stoot, ook niet in ons land. In 2007 tikte het toezichtcomité bij het verdrag België nog op de vingers omdat milieuverenigingen hier maar moeilijk tot bij de Raad van State geraakten. Pas in 2013 aanvaardde ‘ons’ Hof van Cassatie dat ook milieuverenigingen een belang konden hebben in strafzaken en burgerlijke zaken. De Europese Unie zelf kende ook lange tijd geen inspraakrechten toe aan milieuorganisaties bij de Europese rechter.
Het Verdrag van Aarhus stond al snel gelijk aan lastige besluitvorming. Al die inspraak- en beroepsrechten leidden tot meer procedures bij de rechter, waardoor politieke projecten vertraging opliepen. Toch bleek de premisse van het Verdrag te kloppen: net door de stikstofarresten van de Vlaamse bestuursrechter kwam er een stikstofdecreet.
De pottenkijkers bleken evenwel een gemakkelijke zondebok. Dat milieuorganisaties als vzw Dryade vaker naar de rechtbank trokken om de jarenlange stilstand rond milieuthema’s te doorbreken, leidde vooral tot onbegrip. De mooie beloften, ooit geuit in het Deense plaatsje Aarhus, werden vergeten. Toch bleek de toegang tot de rechter in milieuzaken een harde juridische verworvenheid. De Vlaamse regering ving bot bij het Grondwettelijk Hof met haar pogingen om meer obstakels op te werpen in de beroepsprocedures.
Maar de milieuverenigingen werden wel een handige schietschijf. Niets nieuws onder de zon. In de nasleep van de vergunningensaga rond het Uplace-project, zo’n tien jaar geleden, werd al gepleit om geen subsidies meer te geven aan milieuverenigingen die naar de rechtbank stappen tegen overheidsbesluiten. Pikant detail: de milieuvergunning voor het project werd finaal vernietigd op verzoek van de steden Leuven en Vilvoorde. Ook Unizo sloot zich bij de procedures aan. En de Ineos-vergunning werd medio 2023 vernietigd op verzoek van … enkele Nederlandse overheden.
De tegenmacht
Het mocht allemaal niet baten: begin 2024 schakelden enkele politici op de sociale media in overdrive: de startsubsidie voor Dryade moest sneuvelen. Hoewel haar administratie het dossier dat de vzw had ingediend gunstig had beoordeeld, besloot de vorige Vlaamse minister van Omgeving, Zuhal Demir (N-VA), de startsubsidie te weigeren. Zij vond dat die beslissing haar toekwam, en niet de administratie. Op dat punt kreeg ze alvast ongelijk van de Raad van State.
Maar de inhoudelijke angel zit dieper. Ook in deze krant lieten experts uitschijnen dat een overheid geen rechtszaken moet “subsidiëren”. Het bekt goed, maar het klopt niet volledig. Men lijkt wel dat vermaledijde Aarhus-Verdrag te zijn vergeten. Een organisatie subsidie ontzeggen omdat ze die inzet om rechtszaken te voeren, is naar de geest noch naar de letter van het Verdrag van Aarhus. Zo verplicht dat verdrag landen en regio’s om het milieubewustzijn bij de bevolking te bevorderen, met bijzondere aandacht voor de toegang tot de rechter in milieuzaken. Er staat zelfs in dat elke verdragspartij moet voorzien in “passende erkenning van en steun aan verenigingen, organisaties of groepen die milieubescherming bevorderen”. Voorts moeten alle partijen de financiële obstakels wegnemen die milieuverenigingen de toegang tot de rechter kunnen verhinderen.
Het verdrag van Aarhus verplicht de overheid dus om rechtszaken te faciliteren, ook als ze daar zelf het doelwit van is. Dat de Vlaamse regering nu zelfs in decreten betonneert dat subsidies niet kunnen worden gebruikt om rechtszaken te financieren, mag dan wel goed vallen bij de achterban, het houdt juridisch geen steek. Zulke decreten staan haaks op het recht op een gezond leefmilieu, dat is verankerd in de Grondwet.
Hoe lastig ook, de eigen, democratische tegenmacht ‘voeden’ behoort tot de essentie van onze westerse samenleving. Ook de politiek is ondergeschikt aan de rechtsstaat. Alleen in de Sovjet-Unie hield men de illusie van de alwetende politiek in stand. Met alle gevolgen van dien. Ook een almachtige overheid blijkt finaal niet immuun voor de weerbarstige realiteit.